Volgens de overlevering is de Orde van Franciscaanse Seculieren gesticht door Franciscus. Deze orde is ontstaan naast de eerste orde voor mannelijke volgelingen (die zich later in drie takken hebben opgesplitst te weten de conventuelen, de franciscanen en de kapucijnen) en de tweede orde van de Arme Vrouwen van San Damiano, later clarissen geheten.
De derde orde is opgericht als antwoord op de vraag van mensen in de wereld hoe zij in hun eigen levenssituatie toch Christus zouden kunnen navolgen naar het voorbeeld van Franciscus. Deze derde ordelingen werden ook wel boetelingen genoemd. Zij deden boete in de klassieke zin van het woord, zoals we dat nog herkennen bij de visser die zijn netten boet, dat wil zeggen herstelt. De boetelingen probeerden zich in te zetten voor mens en samenleving door de zieken te herstellen, de vrede te herstellen, en dergelijke. Zij zetten zich met name in voor de noodlijdenden en leiden daarbij zelf een leven van gebed en soberheid. Na verloop van tijd bleek, dat de zorg voor zieken, voor onderwijs aan de armsten het gemakkelijkst kon plaatsvinden vanuit een centrale plek. Zo ontstonden er actieve kloosterorden, religieuzen die gingen leven volgens een regel, de zogenaamde reguliere derde orde. Congregaties van franciscaanse broeders en franciscanessen van allerlei plaatsen zijn toen ontstaan. Daarnaast bleven er ook steeds mensen in de wereld werkzaam, die zich in hun leven lieten inspireren door het leven en werken van Franciscus en Clara. Zij vormen de seculiere franciscaanse orde, in Nederland de Orde van Franciscaanse Seculieren geheten.
Lid worden van de OFS is werk maken van je leven als christen. De Rooms-katholieke Kerk kent verschillende tradities van spiritualiteit. Een van die tradities is de franciscaanse, waartoe ook de Orde van Franciscaanse Seculieren behoort. In hun leven verwijzen Franciscus en Clara naar Christus. Door hun levenswijze willen zij Christus navolgen. Zij ontmoeten Hem in het sacrament van de Eucharistie, in de Schrift, in de medemens en in de natuur. Belangrijke waarden in de franciscaanse traditie zijn daarom: danken, dragen en dienen, vrede, vreugde en vrijmoedigheid, eenvoud, soberheid en broederschap.
Danken in het besef dat we het leven niet aan onszelf te danken hebben, maar aan God. Door te danken erkennen we dit en geven we als het ware ons leven aan Hem terug. Danken wil zeggen eer brengen aan Hem die ons het leven heeft geschonken. God is de Gever bij uitstek. Hij heeft ons zijn Schepping gegeven en zijn Zoon. Door God te danken voor alles wat Hij ons gegeven heeft, geven wij in dankbaarheid ons leven als het ware aan hem terug en gaan we daardoor lijken op Hem, naar wiens beeld wij zijn geschapen.
Dragen is het tegendeel van onszelf verheffen en ons ten koste van anderen omhoog willen werken. Voor Franciscus is het belangrijk een ander in zijn broosheid te dragen. Iemand dragen, zoals wijzelf door hem gedragen zouden willen worden als wij in een soortgelijke situatie zouden verkeren. Het is een erkennen dat we van elkaar afhankelijk zijn.
Dienen veronderstelt gehoor geven, gehoorzaamheid. Het is een houding van aandacht in plaats van onverschilligheid.
De groet 'De Heer geve u vrede', later ook wel omgevormd in de wens 'vrede en alle goeds' is kenmerkend voor de franciscaanse spiritualiteit. Het gaat hier niet alleen om politieke vrede, maar ook om de vrede in je eigen omgeving en in je eigen innerlijk.
Ook de blijdschap, de vreugde is kenmerkend voor het optreden van Franciscus en daarom een ideaal voor franciscaanse mensen.
Als kinderen van een Vader en als elkaars broeders en zusters voelen we ons vrij elkaar en anderen tegemoet te treden met open handen en een open hart, niet bang om te zeggen wat we denken maar tegelijk vragend en luisterend.
De eenvoud, ook wel nederigheid geheten, veronderstelt geduld. Het is de humilis die weet heeft dat de mens (homo) verbonden is met de humus, de aarde en zich daar niet boven moet verheffen.
Soberheid of armoede heeft te maken met de inrichting van ons leven die meer gericht is op consuminderen, dan op consumeren.
Ten slotte weet Franciscus zich als broeder verbonden met alles om zich heen, niet alleen met alle mensen, maar ook met de dieren, ja met al het geschapene. In zijn leven is sprake van een grote eerbied voor de schepping.
In onze franciscaanse levensstijl zijn gebed en beschouwing, evenals engagement en solidariteit van groot belang.
In de Generale Constituties van de Orde van Franciscaanse Seculieren wordt het een en ander als volgt omschreven: Er zijn in de Kerk verschillende geestelijke families. Een ervan is de franciscaanse. In deze familie ontmoeten al die leden van het volk van God elkaar, die zich als leek, religieus of priester geroepen weten Christus na te volgen in de voetstappen van Franciscus en Clara van Assisi. Zij willen in hun eigen leven het charisma van Franciscus in het leven en de zending van de Kerk gestalte geven. Binnen die franciscaanse familie heeft OFS een eigen plaats. Het is een katholieke broeder- en zusterschap, die open staat voor alle gelovigen, enerzijds leken, zowel gehuwde als ongehuwde mannen en vrouwen, anderzijds wereldgeestelijken, zowel diakens als priesters en bisschoppen. De seculiere franciscanen willen het Evangelie van onze Heer Jezus Christus onderhouden naar het voorbeeld van Franciscus van Assisi, omdat Christus de weg is naar God, de waarheid waarin de Heilige Geest ons binnenleidt. De seculiere franciscanen zoeken primair Christus: in hun broeders en zusters, in de Schrift, in de Kerk en de vieringen, met name in de Eucharistie. Zij willen Christus verkondigen in woord en daad en leven daartoe in verbondenheid met paus, bisschoppen en priesters, omdat zij geïnspireerd zijn door Franciscus en met hem geroepen zijn om de Kerk te herstellen. Gebed en beschouwing zijn voor hen, evenals engagement en solidariteit het hart van hun bestaan en handelen.
Was getekend: Franciscus van Assisi (pdf)